5 landschapsfotografie tips
Landschapsfoto’s zien wij als Het Fotoalbum het meest voorbij komen in onze fotoboeken. Niet zo gek ook, want het geeft veel voldoening om bijvoorbeeld je reisfoto’s terug te zien in een mooi album. Tegelijk is landschap een van moeilijkste dingen om goed vast te leggen op beeld. De natuur kan in het echt nog zo mooi zijn, op je foto komt het misschien niet altijd zo over. Het maakt daarbij niet uit of je fotografeert met je telefoon of met een spiegelreflex camera. Het Fotoalbum geeft in dit artikel een aantal landschapsfotografie tips zodat iedereen straks de mooiste foto’s aan de muur heeft.
Kies de juiste locatie
De locatie waarvan je de foto neemt is alles bepalend. Het mooiste beeld krijg je wanneer je als kijker van de foto het idee hebt dat je op ooghoogte zit. Je fotografeert niet naar beneden of naar boven, maar recht naar voren. Dit betekent dat je zelf als fotograaf de juiste locatie moet uitzoeken. Soms kun je wat hoger gaan staan of juist op de grond liggen (ja, echt!). Over het algemeen werkt een hoog uitzichtpunt niet.
De diepte in je foto verdwijnt dan helemaal. Bij bekende bezienswaardigheden is de kans groot dat je niet de enige bent die op de plek is. En te veel mensen op je foto wil je liever niet. Sta daarom vroeg op of kijk bijvoorbeeld op Google maps of er alternatieve plekken zijn om foto’s te maken.
Lees ook: Dit zijn de meest fotogenieke plekken ter wereld
Het beste tijdstip voor landschapsfotografie
Vroeg op staan is voor landschapsfotografie sowieso een goed idee. Behalve dat er dan minder mensen zijn op de vroege ochtend (of late avond), is het qua licht het beste moment om landschappen te fotograferen. Als de zon hoog in de lucht staat is het licht hard en schel, waardoor foto’s weinig schaduw hebben. De foto wordt daardoor vlak of leeg. Zeker met landschap is licht en diepte juist erg belangrijk.
Tip: download de app golden hour op je telefoon!
Gebruik een statief
Als je iets meer wilt doen met je foto’s dan is een statief een mooi hulpmiddel. Met name als je bijvoorbeeld naar een gebied met water gaat. Zet je camera neer op een statief zodat deze niet beweegt en je de scherpste foto’s krijgt. Hierdoor kun je tevens spelen met beweging in de foto. Stromend water of een rijdende trein bijvoorbeeld. De meest magische foto’s kun je maken als je je sluitertijd heel laag zet (en je diafragma eventueel hoog voor meer licht). Zo worden alle foto’s stabieler en scherper en kun je bijvoorbeeld ook de sterrenhemel beter op de foto zetten. Mocht je geen statief hebben, zoek dan een muurtje of iets waarop je de camera neer kunt zetten.
Zorg voor voldoende scherptediepte
Met sommige landschappen valt de diepte een beetje weg. Over het algemeen maak je de foto zo breed mogelijk, maar heb je pech met de lichtval of wil je een foto spannender maken? Let dan goed op je scherptediepte. Je kunt bijvoorbeeld iets in het beeld dichtbij zetten. Fotografeer je een hoge berg, zet er dan een persoon voor zodat de berg nog hoger lijkt. Je kent vast wel de bekende beelden van de zoutvlaktes in Bolivia waarbij er twee mensen op de foto staan. Er staat er een ver weg en de andere dichtbij en het contrast is spectaculair om te zien!
Rechte horizon en symmetrie
Bij geen enkele andere soort foto is het belangrijker om een rechte horizon te hebben dan bij landschapsfotografie. Een loodrechte lijn, bijvoorbeeld bij het fotograferen van de zee, op een foto krijgen is niet altijd heel makkelijk. Zorg dat je stevig staat en de lijn in beeld in de gaten houdt. Achteraf kun je met bijvoorbeeld Fotoshop of Picasa je beeld nog wel recht zetten, maar dan verlies je wel een deel van de foto.
Een onderwerp in het midden van een foto zetten mag volgens de gulden sneden niet. Maar gelukkig zijn er altijd uitzonderingen. Een uitzonderingen is een symmetrische situatie. Dan zet je een onderwerp precies in het midden van de foto en zijn alle kanten gelijk. Een foto is mooier en rustiger als er symmetrische lijnen lopen en alle lijnen in beeld recht zijn. Een klein detail maakt een groot verschil.